Centraal Museum toont pareltjes uit eigen collectie
bezig met laden...
Ruim 10.000 items telt de omvangrijke modecollectie van het Centraal Museum Utrecht. Hoe ga je als instituut met zo’n erfenis om? Daarover gaat ‘Uit de Mode’, een tentoonstelling waarin de rijkdom van de eigen collectie en het conserveren centraal staat. “Het tonen van stukken uit onze modecollectie is zeker geen vanzelfsprekendheid”, zegt Bart Rutten, de nieuwe artistiek directeur van het museum. “Mode is één van de meest kwetsbare disciplines: we hebben te maken met materialen die snel verkleuren onder invloed van lucht en zonlicht. Een modetentoonstelling is daarom altijd van tijdelijk aard.”
“Mode is één van de meest kwetsbare disciplines: we hebben te maken met materialen die snel verkleuren onder invloed van lucht en zonlicht. Een modetentoonstelling is daarom altijd van tijdelijk aard.”
Honderd jaar mode verzamelen
Het jaar 2017 stond vast voor deze tentoonstelling: honderd jaar geleden trad jonkvrouw Carla de Jonge (1886-1972) in dienst bij het Centraal Museum, de eerste betaalde modeconservator – wereldwijd een bijzonder feit. De Jonge was een ambitieuze dame: ze promoveerde in 1913 op kostuumgeschiedenis en hoewel ze in eerste instantie werd aangenomen als archivaris van de museumcollectie, stortte ze zich al snel met heel haar modehart op het ontwikkelen en uitbreiden van de kostuumcollectie, die aanvankelijk nog niet zo veel voorstelde. In korte tijd realiseerde ze een vaste kostuumopstelling en al gauw breidde ze de verzameling fors uit. De Jonge zou haar hele werkzame carrière verbonden blijven aan het museum, de laatste tien jaar als directrice. Daarmee was ze de tweede vrouwelijke directeur van Nederland.
Verleden en heden smelten samen
“Als eerbetoon aan mijn voorganger én vanwege het feit dat ons depot zoveel waardevolle stukken herbergt die we regelmatig uitlenen, vonden we het tijd om de pareltjes uit onze collectie te tonen”, aldus modeconservator Ninke Bloemberg. Alle objecten zijn voorzien van een vrij uitgebreide toelichting. Maar het zijn vooral de combinaties van de stukken waarmee een hoop wordt gesuggereerd: de kijker wordt uitgedaagd om verbanden te ontdekken tussen verleden en heden. Een onderrok met een toile de jouy-motief wordt getoond naast een broek van G-Star met een vergelijkbaar dessin. Een zeventiende-eeuwse vilten punthoed– één van de oudste mode-items uit de collectie – vertoont verrassend veel vereenkomsten met de Buffalo-hoed van Vivienne Westwood, die werd gedragen door Pharell Williams.
Door de ogen van de conservator
Ondanks de originele insteek van de tentoonstelling had de uitwerking zomaar wat stoffig kunnen uitpakken, ware het niet dat Maison the Faux er een fris geheel van heeft gemaakt. Joris Suk en Tessa de Boer, het ontwerpersduo achter Maison the Faux, kennen we vooral van hun spraakmakende performances tijdens fashionweek, maar zijn ook geen onbekenden in de museumwereld. Vorig jaar verzorgden ze de inrichting van een tentoonstelling over Egon Schiele en Gustav Klimt in het Gemeentemuseum Den Haag. Op de persopening is alleen De Boer aanwezig. “Joris is momenteel als een maniak achter de naaimachine aan het werk om de collectie op tijd af te krijgen voor de fashionweek”, verontschuldigt ze zich. Met de vormgeving van de tentoonstelling worden alle aspecten van hoe een conservator de collectie beleeft uitvergroot. Als bezoeker wandel je dwars door de verschillende tijden heen.
Maison the Faux geeft de collectie schwung
De vier zalen zijn respectievelijk gewijd aan de maker, de drager, de restaurator en de visionair. Opgestapelde kartonnen dozen vullen de eerste ruimte. Een verwijzing naar het depot, de ‘inloopkast van de conservator’. In houten transportdozen worden langdurige bruiklenen en schenkingen getoond. De tweede zaal over de drager is aangekleed als een snoeptrommel, met een knipoog naar de ijdeltuiterij van de modewereld. Voor de schoenenwanden liet Maison the Faux speciale winkeltasjes maken bedrukt met door elkaar gehusselde logo’s van bekende modehuizen. In de derde zaal die is gewijd aan de restaurator staan vier houten doodskisten. Helaas komen sommige stukken te overlijden. Een tweedelige japon is zo broos geworden dat er vanzelf scheurtjes ontstaan in de met chemicaliën behandelde zijden stof. Een proces dat onomkeerbaar is. Het museum toont de negentiende-eeuwse jurk toch, omdat ook die vergankelijkheid onderdeel uitmaakt van het conserveren van mode. Ondanks het zichtbare verval ligt de met parels bezette japon er schitterend bij, als Sneeuwwitje in haar glazen kist.
Eyeopeners en terugkerende trends
Het onderzoek naar de getoonde stukken leverde verrassende ontdekkingen op. “Een kinderjurkje met roze strikken leek ons een typisch kledingstuk voor een meisje”, zegt Ninke Bloemberg. “Tot we het familiearchief van de bruikleengever raadpleegden en een foto ontdekten waarop het wordt gedragen door een tweejarig jongetje. Zo zie je maar weer hoe alert je moet zijn en hoezeer we worden beïnvloed door de opvattingen van onze tijd!” De opmerkelijke titel van de tentoonstelling heeft volgens Bloemberg meerdere lagen. “Aan de ene kant plukken we letterlijk uit de mode: van catwalk naar collectie. Tegelijkertijd is 99 procent van de 10.000 items uit onze collectie ‘uit de mode’, maar het kan ook zo weer ín de mode raken.” Neem bijvoorbeeld de japon met schapenboutmouwen, hier getoond naast een Mattijs van Bergen met statementmouwen. Laat grote mouwen dit seizoen nu juist een trend zijn. Wie wat bewaart, die heeft wat: vroeg of laat maken vrijwel alle modesilhouetten een comeback.
“Aan de ene kant plukken we letterlijk uit de mode: van catwalk naar collectie. Tegelijkertijd is 99 procent van de 10.000 items uit onze collectie ‘uit de mode’, maar het kan ook zo weer ín de mode raken.”
De tentoonstelling ‘Uit de Mode – De inloopkast van het museum’ is van 8 juli t/m 22 oktober 2017 te zien in het Centraal Museum Utrecht.
Beeldcredits:
Campagnebeeld Uit de Mode: Art direction: Maison the Faux
Fotografie: Olya Oleinic Haar en visagie: Marije Koelewijn, Angelique Hoorn
Management Model: Anna, Elvis Models*
Out of Fashion, Centraal Museum Utrecht collectie: Tweedelige japon
bestaande uit lijfje en rok circa 1892, Bas Kosters Rode Monstersjurk, Iris
van Herpen **Jurk uit de collectie Escapism, Look 11 2011, Kemp, Ronald van
der ( 1966 - ) Toile de Jouy jurk uit collectie Wardrobe Three 2016-
januari. Foto's en copyrights CMU/ Adriaan van Dam 2017.
Foto's persvoorstelling: Natasja Admiraal